[BF07]
W.G. van Focquenbroch en J. Ulaeus: Verdubbelt zegen-sangh, der negen musen.
Amsterdam: Johannes van den Bergh, 1666.
Titelpagina, A1r:
Verdubbelt | ZEGEN-SANGH, | Der Negen Musen, | Over den Gedempten Hoogh- | moed der Engelschen, | EN DE | Triumpheerende Dapperheyt | der Hollanders. | Door W. v. Focq. en J. Ulaeus. | [vignet] | t'AMSTERDAM, | Gedruckt by Joannes van den Bergh, Boekverkooper, bezijden 't Stadt-huys, 1666.||
Opbouwformule:
4o: A-B4.
[$3 (-A1)].
B3 gesigneerd als A3.
Paginering:
8 bladen, gepagineerd= 1, 2-15, [1].
posities van de katernsignaturen:
A2 | and're tien. | A3 | onnoosle zielen | B | moorden deser |
B2 | lof begon: | B3 | was in de Ly, |
Inhoud:
Gecollationeerd a.d.h.v. exemplaar 4.
De teksten van de twee 'zangen', die exact hetzelfde zijn ingedeeld en dezelf-de rijmwoorden gebruiken, lopen precies parallel. De ene staat steeds op de verso-zijde, de andere op de aangrenzende recto-zijde.
- A1r
- [titelpagina]
- A1v
- ZEGEN-SANGH der Negen Musen. Over den gedempten hoogmoed der Engelschen.
[motto: "Di te summoveant, o nostri Infamia secli!
Orbe suo; Tellusque tibi, Pontusque negetur. OVID."] - A1v
- CLIO.
+ TOen Engelant wel eer, in Cromwels tijen, - A2r
- ZEGEN-SANGH der Negen Musen, Over de Triumpherende dapperheyt der
Hollanders.
[motto: "Flebile principium, melior Fortuna secuta est."] - A2r
- CLIO.
+ TOen Hollandt, in de tweede Willems tijen, - A2v
- POLYMNIA.
+ Dit soet discours, vaeck by sich selfs gehouwen, - A2v
- MELPOMENE.
+ Voorts, gaet hy voort, vervolgens sijn natuur, - A3r
- POLYMNIA.
+ De vryheyt dan, by Holland dus behouwen, - A3r
- MELPOMENE.
+ Maer laes 't Geluck, vervolgens sijn natuur, - A3v
- CALLIOPE.
+ Want, om al om den grooten Baes te speelen, - A4r
- CALLIOPE.
+ Den Dogh die dacht onlanx, den baas te speelen, - A4v
- ERATO.
+ Den trotschen Dogh, die, nu een jaer geleen, - B1r
- ERATO.
+ Ons' Oorloghs-vloot, die nu een Iaar geleen, - B1v
- THALIA.
+ Mijn Heer Neptuyn, soo dra hy op sijn stromen - B1v
- URANIA.
+ Godt Jovis selfs, soo dra hy uyt sijn Hemel - B2r
- THALIA.
+ Soo dra Heer Monck, op Thetis grijse stroomen, - B2r
- URANIA.
+ De Donder-vooght, soo dra hy uyt sijn Hemel, - B2v
- EUTERPE.
+ Doch niet soo seer, of Hollands Admiralen, - B3r
- EUTERPE.
+ Maar dit geluck, kon d'Engelsch' Admiralen - B3v
- TERPSICHORE.
[ondertekend met "FOCQ: Fumus Gloria Mundi."]
+ Nu sit de Kingh en krauwt op nieuws sijn ooren, - B4r
- TERPSICHORE.
[ondertekend met "J. ULAEUS."]
+ Noyt quam dees Staat, een blijder tyngh ter ooren, - B4v
- [blanco]
Aantal tekstregels:
33, (B2v).
Gecollationeerde exemplaren:
- 1
- Amsterdam: UB pamflet G.w.25
olim: Br. B o 28 - 2
- Brussel: KB geen signatuur (pamfletten 1666).
- 3
- Gent: UB pamflet Tiele 5409.
- 4
- Den Haag: KB pamflet 9317 b.
- 5
- Haarlem: SB 76 B 12:14.
- 6
- Rotterdam: GA II E 171.
Varianten:
De exemplaren 1 en 4 zijn volledig gecollationeerd met behulp van transparanten, de andere exemplaren zijn partieel gecollationeerd. Ik heb geen enkele variant gevonden.
Commentaar:
De tekst van Van Focquenbroch, die hier naast die van Ulaeus is afgedrukt, wordt later in het Tweede deel van Thalia opgenomen (BF10 en herdrukken hiervan). Pas in de Bogaert uitgaven (BF29 en latere drukken) komt ook de tekst van Ulaeus weer terug.
- BF08: De herders-sangen. In Neerduyts gesongen, op verscheydene toonen.
- BF09: Thalia, of geurige sang-goddin. Amsterdam: Johannes van den Bergh, 1668/1669.
- BF10: Tweede deel van Thalia, of geurige zang-goddin. Amsterdam: Johannes van den Bergh, 1668/1669.
- BF11: Thalia, of geurige zang-goddin. Deel 1. Amsterdam: Alexander Lintman, 1673.